dinsdag 22 januari 2008

Depressie

Volwassenen spreken over de kindertijd vaak als 'de mooiste tijd van het leven', een zorgeloze tijd zonder verantwoordelijkheid. Maar ook kinderen zijn soms verdrietig, angstig, kwaad of wanhopig. De kindertijd is ook niet altijd zonder zorgen. Elk kind moet wel eens een verlies of een tegenslag verwerken, bijv. minder goede schoolresultaten, de dood van oma of opa, gepest worden of moet zich aanpassen aan een nieuwe situatie, bijv. verhuizen, overgaan naar een nieuwe school, een nieuwe leerkracht. Sommige kinderen zijn minder weerbaar om met deze situaties om te gaan en lopen kans om een depressie te ontwikkelen.

Wat is een depressie?
Soms kan men signalen die eigen zijn aan de leeftijdsfase of die ook kunnen wijzen op andere stoornissen of aandoeningen, bv. hyperactiviteit, aandachtsstoornissen.Voor het stellen van de diagnose depressie gebruiken artsen volgende criteria.

In een aaneengesloten periode van twee weken:
Heeft het kind een depressieve en dikwijls prikkelbare en/of norse stemming gedurende het grootste deel van de dag, het heeft een geringe zelfachting en is pessimistisch óf heeft het kind een duidelijke vermindering van interesse of plezier in alle of bijna alle activiteiten en in de omgang met anderen;

Én minstens vier van volgende kenmerken:
- Een aanzienlijke gewichtsvermindering of gewichtstoename;
- Bijna elke dag slaapproblemen of te veel slapen;
- Bijna elke dag rusteloosheid of extreme sloomheid en ongemotiveerdheid;
- Bijna elke dag vermoeidheid of verlies van energie;
- Bijna elke dag gevoelens van waardeloosheid of buitensporige, onterechte schuldgevoelens;
- Bijna elke dag een verminderd denk- of concentratievermogen of besluiteloosheid;
- Terugkerende gedachten aan de dood en/of zelfdoding.


Depressie herkennen.
Heel wat signalen kunnen wijzen op de aanwezigheid van een depressie. Dit word door deskundigen onderscheiden in gevoel, denken en gedrag. Ook een aantal andere kenmerken kunnen wijzen op depressie. Deze signalen hoeven niet noodzakelijk allemaal, tegelijk of in even sterke mate voor te komen.

Gevoel:
-
Somberheid
- Boosheid, prikkelbaarheid.
- Minder plezier hebben.
- Huilerig zijn.
- Zich waardeloos en
minderwaardig voelen.
- Zich ongeliefd voelen.
- Zelfmedelijden.

Denken:
o
Negatief zelfbeeld.
o Zich schuldig voelen.
o Hulpeloosheid.
o Aandachts- en
concentratieproblemen.
o Besluiteloosheid.
o Doodsgedachten.

Gedrag:
- Weinig sociale contacten.
- Vertraagd gedrag.
- Opgewonden, geagiteerd gedrag.
- Rusteloosheid.
- Weinig gemotiveerd op school.
- Regressief gedrag, bij v. kleuter die zich als peuter gedraagt.

Andere kenmerken:
Om te kunnen spreken van depressie moeten zeker veranderingen in gevoel, denken en gedrag aanwezig zijn. Een aantal andere kenmerken kunnen wijzen op depressie maar moeten niet noodzakelijk aanwezig zijn om van een depressie te kunnen spreken.
o Lichamelijke pijn zonder duidelijke medische oorzaak, bv. buikpijn, hoofdpijn, rugpijn.
o Vermoeidheid en lusteloosheid.
o Veranderd eetgedrag: geen honger meer hebben of juist meer eten.
o Slaapstoornissen.
o Omgangsproblemen.
o Leerproblemen.

o Angsten.

Aandachtspunten.
Kunnen helpen om kinderen tegen depressie te beschermen maar dan nog kan een kind een depressie ontwikkelen).
o Creëer een warme omgeving zodat uw kind zich geborgen en begrepen voelt.
o Zorg voor een duidelijke structuur zodat uw kind niet te veel voor verrassingen komt te staan. Weten wat kan en mag, zorgt voor veiligheid.
o Maak duidelijke afspraken en wees daarbij consequent. Leg uit waarom u die regels instelt.
o Aanvaard het kind zoals het is en stel realistische verwachtingen. Leer het zelf ontdekken wat het aankan en wat niet.
o Hou rekening met het temperament en de persoonlijkheid van uw kind.
o Geef het een stukje verantwoordelijkheid voor iets dat het aankan. Zo geeft het het kind vertrouwen en bevordert het zijn zelfvertrouwen. Ook complimentjes kunnen wonderen doen.
o Zorg voor een open, eerlijke communicatie. Luister actief naar wat het kind vertelt en stimuleer het om over zijn gevoelens te praten.
o Laat het kind het leven ervaren zoals het is, help het om er op een goede manier met problemen om te gaan.
o Stimuleer fantasie,creativiteit en spoor het aan om gevoelens ook te uiten via bijv. tekeningen, muziek, dans…
o Zorg voor een goede lichamelijke gezondheid en spoor uw kind aan om voldoende lichaamsbeweging te nemen.
o Stimuleer sociale vaardigheden van het kind door mee te zorgen voor een netwerk, bijv. lidmaatschap van een sportclub, jeugdbeweging.
o Schakel z.s.m. deskundige hulp in bij een vermoeden van depressie.

Behandeling.
Een correcte diagnose moet gesteld worden door een deskundige, bv. (ortho)pedagoog, psychiater, psycholoog, psychotherapeut. Die maakt daarvoor gebruik van gesprekken, vragenlijsten, eventueel spelobservatie en testen. Zowel het kind als de onmiddellijke omgeving worden bevraagd. Eens de diagnose depressie is gesteld, wordt gestart met de behandeling.

Psychotherapie:
Verschillende soorten psychotherapie mogelijk. Cognitieve gedragstherapie en bijv. gezinstherapie. Belangrijk is dat er eerst voldoende informatie wordt gegeven over de aandoening, mogelijke oorzaken en behandeling. Er wordt zowel met het kind als met de ouders gewerkt. Kinderen leren over hun gevoelens praten, manieren om problemen aan te pakken, denkfouten die tot depressieve gedachten leiden te corrigeren, verbetering van hun zelfvertrouwen en eigenwaardegevoel. Sociale vaardigheden worden verhoogd.

Geneesmiddelen.
Onderzoek naar geneesmiddelen tegen depressie bij kinderen waarschuwt voor het kunnen optreden van ernstige bijwerkingen en voor het feit dat de doeltreffendheid meestal nog niet sluitend is aangetoond. Artsen zijn daarom zeer voorzichtig met het voorschrijven van medicatie. Bij een ernstige depressie moeten geneesmiddelen hoe dan ook gecombineerd worden met psychotherapie.
Bron, klik hier.

Geen opmerkingen: