Met de vingertjes

Met de vingertjes, met de vingertjes.
Met de platte, platte, platte, platte handjes.
Met de vuistjes, met de vuistjes.
Met de elle-, elle-, elle-, elleboogjes.
Klap, klap, klap.

Met de teentjes, met de teentjes,
Met de platte, platte, platte, platte voetjes.
Met de knietjes, met de knietjes.
Met je billen, billen, billen, billen.
Stap, stap, stap.

Met de vingertjes, met de vingertjes.
Met de platte, platte, platte, platte handjes.
Met de vuistjes, met de vuistjes.
Met de elle-, elle-, elle-, elleboogjes.
Klap, klap, klap.

Dieren, Muizen

3 muizen gaan opscheppen over wat ze kunnen:
De eerste muis zegt; Ik durf kaas weg te halen waar mensen bij zijn.
De tweede muis zegt; Ik haal kaas uit een muizenval, de klok slaat 3 uur
zegt de derde muis; Ik moet de kat voeren.

Lente: Buiten

Sanne loopt zomaar zonder jas

door het frisse groene gras.

Het ruikt naar lente buiten.

hoor een merel vrolijk fluiten.

Een lammetje dartelt in de wei,

een vogel legt spontaan een ei.

De blaadjes groeien aan de bomen,
de lente is weer teruggekomen.